Wachten op de spiegel

Twee jaar geleden heb ik het, dankzij een goeie vriendin, hélemaal ontdekt: suppen. Op het eerste gezicht misschien niet de meest indrukwekkende tak van sport, maar voor mij wel degelijk iets wat me naast lichamelijke beweging ook rust en ontspanning geeft. Wat wil een 40 plusser nog meer?

Lees meer

Jezus & Achmea

Deze twee woorden had ik zelf nooit bij elkaar bedacht. Maar als ik je vertel wat ik laatst heb meegemaakt, zul je me begrijpen. Enige tijd geleden kochten we twee fietsen voor onze boys. Ze fietsen namelijk elke dag kilometerslang voor school, dus er was echt iets goeds nodig. Maar twee maanden na aankoop liet één van de twee fietsen het al afweten. De gehele achterzijde kwam er vanaf zetten. Ongelofelijk! Hoe was deze in elkaar gezet? Tijdens een (te) gezellig gesprek tussen twee fietsenmakers ofzo?

Gelukkig hadden we nog garantie en kon de fiets kosteloos gerepareerd worden. Maar die dankbaarheid veranderde al snel in ergernis toen het bijna twee maanden (!) duurde voordat de tweewieler gerepareerd en wel weer bij ons thuis stond. Iedere keer moest er achteraan gebeld en geklaagd worden. Probeer dan maar eens begripvol en aardig te blijven…

Was het daar bij gebleven, dan was het prima geweest. Maar nee, beide fietsen bleven mankementen vertonen: kwam zoon één thuis met een afgebroken zadel, dan keerde zoon twee terug met vieze, zwarte handen omdat de ketting er voor de zoveelste keer af lag. Toen het vervolgens opnieuw maandenlang duurde voordat een technisch mankement in behandeling werd genomen, was de maat vol. Ik moest van die twee fietsen af! Maar je voelt ‘m wel aankomen: daar dacht de fietsenwinkel anders over. Wat zeurden we?

Na wat stevige mails – ik weet waar je als consument recht op hebt – werd er akkoord gegaan met de ontbinding van de koop. Maar toen ze ons kort daarna lieten weten dat ze slechts 25% van de aanschafwaarde wilden vergoeden, knapte er iets in mij. Zoveel ellende… en dan zo’n aanbod?! Ik kookte vanbinnen en kon bijna nergens anders meer aan denken. Bijna was ik gezwicht, omdat ik vind dat materiële zaken mijn gezondheid niet mogen beïnvloeden. Maar David zei: ‘Nee Joyce, hier hebben we de rechtsbijstandsverzekering voor. Bel Achmea!’

Toen ik dit deed, zonder enige hoop op begrip of hulp, kreeg ik (eindelijk!) een inlevende en vriendelijke medewerker aan de lijn. Sjonge, wat een verademing! En geloof me of niet, kort daarna werd ik teruggebeld met verrassend goed nieuws: ‘Mevrouw de Vos, u heeft – los van een kleine afschrijving- recht op bijna het gehele aankoopbedrag! Vindt u het goed als we van dossier wisselen? Dat wij het bedrag binnen twee dagen op uw rekening bijschrijven en dat wij het gevecht met de fietsenwinkel aangaan? Ik kon mijn oren niet geloven! Namen zij het nu gewoon op… voor mij? Kon ik die vreselijke last in één moment van mijn schouders afgooien?

Het klinkt misschien wat oneerbiedig, maar als ik moet uitleggen wat me zo fascineert aan Jezus, oftewel het Paasfeest, dan is het hiermee te vergelijken. Het leven zit vol aanklachten. Je kunt het als mens nooit goed genoeg doen. Word je niet veroordeeld door anderen, dan ben je zelf wel de grootste aanklager. Ik put er dan ook enorme kracht uit te weten dat er Iemand is die het voor me opneemt en zegt: ‘Zullen we van dossier ruilen? Dat jij al je tekortkomingen en aanklachten aan Mij geeft, en dat Ik je Mijn genade en onvoorwaardelijke liefde ervoor teruggeef?’

Lieve lezer, je staat er in het leven niet alleen voor. Er is Iemand die begrip toont voor jouw situatie! Hij stond op, zodat jij kunt vallen. Het enige wat jij hoeft te doen is: aanspraak maken op waar je recht op hebt. En Pasen leert ons dat we allemaal recht hebben op Jezus! Als deze blog je dat voor het eerst van je leven doet beseffen, dan is komend Paasweekend méér dan geslaagd!

Joyce de Vos

In de prikkelbosjes

Onderweg van school naar huis. Ik ervaar de noodzaak om te weten hoe laat het is. Omdat ik zelf geen horloge draag, kijk ik om me heen om te zien of er iemand is aan wie ik het kan vragen. Vlak voor me zie ik een meisje lopen waarvan ik weet dat ze in mijn straat woont. Ik aarzel haar te benaderen, omdat ze bekend staat als iemand met een grote mond, een pester. Maar omdat ik er zelf geen ervaring mee heb, sprokkel ik alle moed bij elkaar en loop ik naar haar toe.

Lees meer